Over een paar verjaardagen

De universele verklaring van de rechten van de mens

Sedert 1948 hebben veel regeringen de universele verklaring ondertekend, doch de naleving is een andere kwestie. Bovendien zijn heel wat Afrikaanse en Aziatische landen in chaotische toestanden terechtgekomen. In het vroegere Zaïre (nu opnieuw Congo) gaat bijna ongemerkt een vreselijke burgeroorlog verder en van mensenrechten is voorlopig geen sprake meer.

Het is begrijpelijk dat de woordvoerder van Amnesty International in Vlaanderen op de VRT duidelijk de ontevredenheid van de mensenrechten organisatie uitsprak. President Kabila bijvoorbeeld geniet voorlopig nog van een zeer beperkt vertrouwen van de Belgen dat hoofdzakelijk ingegeven is door de bezorgdheid over de veiligheid van enkele duizenden landgenoten die nog in Centraal-Afrika verblijven. Op dit vlak was het voor Mobutu heel wat gemakkelijker want in ons land was het vertrouwen in de Zaïrese leiders bijna tot een burgerdeugd verheven. Iedereen herinnert zich de historische liefdesverklaring van de premier die Dehaene voorafging tegenover het Zaïrese volk en zijn leiders.

Op het eerste gezicht zijn de VS veel opener dan de Europeanen.

“Wij hebben vreselijke fouten gemaakt in Zuid-Amerika tijdens de kode oorlog” verklaarde Madeleine Allbright, minister van buitenlandse zaken, toen zij tijdens een lezing over mensenrechten herhaaldelijk werd aangesproken over vervelende gebeurtenissen uit het verleden. Afgezien van het feit dat de VS nog geen stelling gekozen hebben over de zaak Pinochet en het publiek er nog best zou kunnen om de oren geslagen worden met het staatsgeheim over de documenten die beschikbaar zijn, afgezien van de manier waarop de VS gewoonlijk omspringen met hun verleden (soms eerlijk en soms niet) afgezien van alles dat gebeurd is tegen de elementaire democratie en de mensenrechten, is één zaak zeker: vertrouwen in een eerlijke democratische houding, ook buiten de grenzen, en respect voor

de onafhankelijkheid van andere volkeren is zeker nu nog niet de regel.

Vrede is de moeder van alle mensenrechten

Of het nu over politieke rechten of econ-mische rechten gaat, of eenvoudig op het recht om te leven niets kan gewaarborgd worden zonde vrede. Vroeger toen de oorlogen beperkt bleven tot een klein groepje aan de top en tot de arme mensen die het slachtoffer waren van plunderingen, conscriptie enz… werden de machtigen en de rijken dikwijls gespaard omdat er speciale regels voor hen werden toegepast die zelfs hun weerslag vonden in diplomatieke geplogenheden.

Men kan alleen maar vaststellen dat sedert wereldoorlog één de toestand van de gewone mensen alleen maar rechte-lozer en ook anderzins onzekerder is geworden. Burgeroorlogen zijn bijna altijd vuile oorlogen waarin alleen massamoordenaars zichzelf onstrafbaarheid toekennen. De uitdrukking “terrorist” blijft steevast voorbehouden aan de verliezende vijand.

Voor vrede is er vanzelfsprekend geen verjaardag…

En de NAVO die zich een vredesaureool wil opzetten

Oorspronkelijk was de NAVO een onvervalste organisatie voor het voeren van de oorlog tegen nazi-Duitsland biss zum bitteren Ende. Tot daar het normale leven van de NAVO. Na de overwinning werd de kans goed geacht om met de Sovjetunie af te rekenen die voldoende verzwakt leek om als slachtoffer te fungeren.

Gelukkig heeft het pragmatisme in de Verenigde Staten ook nog voldoende veerkracht. Het is nooit tot een uitbarsting van anti-communisme gekomen, uitgenomen dan in de VS zelf.

Reagan stelde zich wel krijgshaftig op en verklaarde dat de VS de bewapeningswedloop zouden opvoeren tot de Sovjet-Unie zou bezwijken onder het gewicht of moeten afhaken.

Al bij al zijn wij met zijn allen tijdens de koude oorlog door het oog van een naald gekropen. Allengs zijn de VS overgeschakeld naar vredesbewaker met dien verstande dat zij zich de rol van leading country hebben aangemeten. Achtereenvolgens zijn Iran, Libië en nog anderen als landen met een “terroristisch” regime uitgeroepen, meestal zonder redelijk bewijs. Het is natuurlijk dat de leden van de Amerikaanse ambassade werden gegijzeld te Teheran doch het is ook juist dat de Shah die het land regeerde en onderdrukte optrad als een soort proconsul. Het is dus ook normaal dat de Islamieten wilden onderhandelen met de directeur van het circus en niet met de clown. Op dit ogenblik, vele jaren later proberen de VS. de Iranezen voor hun kar te spannen om de gezamenlijke erfvijand, het Irak van Saddam Hoessein definitief uit te schakelen.

In Europa is de samenwerking nogal acceptabel al bewijzen sommige uitlatingen dat de Amerikanen het normaal zouden vinden dat wij de beschaving terugschroeven door de doodstraf opnieuw in te voeren. Een woordvoerder van buitenlandse zaken die weliswaar sprak in de naam van zijn regering meende dat de Italiaanse regering de gevluchte Koerdenleider best zou uitleveren aan de Turkse regering die ten slotte bevoegd was. Dat de doodstraf in Turkije gewoon wordt toegepast door de militaire dictatuur die slechts een burgerlijke regering gedoogd onder haar toezicht wist de Amerikaan normaal wel doch hij vond het niet relevant. In werkelijkheid is het moeilijk een onpartijdige rechter te vinden voor een Koerd, de leider van een volk zonder grondgebied sedert Koerdistan na wereldoorlog I verdeeld werd over vier landen maar dat interesseert de VS niet. Men wil Turkije sparen omdat het in de Middellandse Zee een belangrijk steunpunt is voor de NAVO (lees de VS.). De Koerden zijn een volk van 40 miljoen dat weigert te sterven.

7/12/98 Victor Stuyck