25 jaar geleden in Vrede

Vietnamisering

De aanwezigheid van Amerikaanse grondtroepen in Vietnam steeg van 1964 tot 1969 van minder dan 100.000 eenheden tot 543.000 eenheden. Van 1969 tot 1971 tot minder dan 200.000 eenheden. Met de geleidelijke terugtrekking van de Amerikaanse troepen uit Vietnam begint een nieuwe fase in dit conflict. Voor de meeste mensen is met deze terugtrekking ook een probleem uit de weg geruimd. Men denkt dat Amerika en de Amerikaanse regering een stop gezet hebben achter de compromitterende situatie waarin zij zich bevonden. Niks is minder waar. Terwijl de Amerikanen de geleidelijke terugtrekking van de grondtroepen tot een feit promoveren, krijgen we een enorme aangroei van het Vietnamese leger. De volgende cijfers maken dit duidelijk: Januari 1965: 509.000 Vietnamese manschappen;

Januari 1966: 569.000 Vietnamese manschappen;

Eind 1968:881.000 Vietnamese manschappen.

Op dit ogenblik bedraagt het Zuid-Vietnamese leger meer dan 1.180.000 manschappen van alle slag. Als we deze cijfers koppelen aan een clowneske presidentsverkiezing waarachter de Amerikaanse regering haar hulp en steun heeft geplaatst kunnen we reeds besluiten dat Amerika, zij het minder spectaculair, zich nog steeds actief inzet in de strijd. Diegenen die ondanks een Vietnami-sering en een stropopregering nog steeds overtuigd zijn van de goede wil van de Amerikaanse regering kunnen de volgende cijfers in overweging nemen. In 1966 met een troepentotaal van bijna 400.000 manschappen herstelde de V.S. 6.000 miljoen dollar aan militaire hulp in Vietnam. In 1971 met een troepenaantal van minder dan 200.000 man wordt 12.000 miljoen dollar aan militaire hulp besteed. Dat wil zeggen dat een halvering van het aantal manschappen een verdubbeling van de militaire kosten met zich meegebracht heeft. Deze cijfers werden geciteerd in een officieel Amerikaans rapport over de uitgaven in Vietnam en nog te laag geschat door een document uitgegeven door de Amerikaanse senaat. Een verklaring voor deze kosten vinden we in twee belangrijke punten: 1. De Amerikaanse hulp spitst zich nu toe op de luchtmacht waarbij minder manschappen betrokken zijn maar duurder materiaal gebruikt wordt. 2.   De Amerikaanse militaire hulp gebeurt meer door middel van de CIA en daaraan moet ook geld uitgegeven worden.

Deze nieuwe, verdoken manier van optreden stemt ons tot nadenken over de bedoelingen van de Amerikaanse regering. Zelfs de meest objectieve informatiebladen kunnen niet anders dan wijzen op de onwil van Amerika.

Zo schrijft Le Monde van 14-15 november het volgende:

Sur le plan diplomatique, d’autre part, la situation paraft au point mort. M. Nixon n’a jamais répondu au plan de paix présenté en juillet par le GRP et par Hanoi. Le président des Etats-Unis est même parvenu a faire oublier a son opinion l’affaire des prisonniers améri-cains détenus au Vietnam du Nord qui pourtant, avant que le GRP n’expose les modalités de leurpossible libération, paraissait constituer pour M. Nixon un sujet de particuliere anxiété.

Dit alles wijst op een verlenging van het Vietnamees conflict, dat gezien de gebeurtenissen in Laos en Cambodja, een Zuidoost-Aziatisch conflict geworden is, en niet op een mogelijk spoedig einde ervan.

A.D.S. nr. 109-januari 1972