Maakt 35 u werkweek een kans?

Onder druk van de Franse linkse pluralistische regering werd, tijdens de top van Amsterdam, de aandacht gevestigd opeen bredere gemeenschappelijk Europese aanpak van de tewerkstelling. Het is nu wachten op wat er van in huis komt.

Op 21 november zal in Luxemburg een Europese regeringstop plaats hebben over dit probleem.

Verschillende regeringen van de lidstaten staan sceptisch tegen een andere aanpak gezien ze een broertje dood hebben aan een sociaal Europa. Wat er ook van zij, ondertussen is er, zij het misschien bescheiden, iets aan het bewegen.

Er was reeds de stellingname van 300 economen, uit de verschillende lidstaten, die pleitten voor een groter impact van de sociale problemen in de Europese Unie. Belangrijk is tevens dat de Europese vakbonden beslist hebben om, de vooravond van de Europese top, een gemeenschappelijke betoging te houden in Luxemburg. Ordewoorden van deze manifestatie “Genoeg verklaringen, we willen beslissingen” en “De Europese commissie moet zich duidelijk uitspreken voor een positieve politiek ten gunste-van de tewerkstelling”.

Twee belangrijke beslissingen van regeringen t.o.v. de 35 uur week zijn de stroming voor een actiever politiek ten gunste van de tewerkstelling nog komen aanzwengelen. In Frankrijk heeft, tijdens een Nationale Conferencie van de sociale partners (vakbonden, patronaat en regering), premier Lionel Jospin bekend gemaakt dat zijn regering op 30 december 1997 een wetsvoorstel zal neerleggen met als objectief om op 1 januari 2000, in alle bedrijven met meer dan 10 arbeiders, de werktijd terug te brengen van 39 u tot 35 u met behoud van loon . Een deel van de maatregelen en de methodes die deze overgang moet mogelijk bevorderen werden eveneens bekend gemaakt.

Armen in de Europese unie

In de Europese Unie is het aantal armen aanzienlijk toegenomen. Met armen worden deze gezinnen bedoeld die niet over de helft van het gemiddeld inkomen in hun land beschikken. Per land ziet dit er als volgt uit:

Portugal: 18,9%-Griekenland: 17,7 % Groot-Brittannië: 13,8 % – Italië: 12,9 % – Spanje: 11,5 % – Frankrijk: 11 % Duitsland: 10,4 % – Nederland 9,8 % – België: 9,3 % – Luxemburg: 6,6 % – Ierland: 5,8 % en Denemarken: 4,8 %, Europees gemiddelde: 11,8%.

Het patronaat en de rechtse oppositie reageerden woest wat er op wijst dat het een harde strijd zal worden. In Italië sneuvelde premier Romano Prodi, bij de stemming van de begroting die de regering nodig heeft om in aanmerking te komen voor de Euro, door het verzet van Rifondazione Comunista . Bij de onderhandelingen die hierop volgden om de centrum linkse regering in het zadel te houden, werd door deze de verbintenis aangegaan om, naar het Franse voorbeeld de 35 u week, met behoud van loon, in Italië in te voeren tegen 2001. Alles bij mekaar zijn dit niet onbelangrijke stappen naar een nieuwe sociale politiek. Ze kunnen een aanzet zijn om de Europese arbeidersbeweging en haar vakbonden gemeenschappelijk in beweging te zetten en tevens een positieve invloed uitoefenen op de progressieve krachten in alle lidstaten van de Europese Unie.

A.D.S.