De strijd van links in Duitsland

De PDS is een partij die ten onrechte wordt doodgezwegen en die door de politieke wereld geïsoleerd wordt. De PDS wordt, als opvolger van de SED, nog steeds op een simplistische manier afgeschilderd als de verantwoordelijke voor alles wat is misgelopen in de voormalige DDR. Nochtans blijft de PDS over een grote aanhang beschikken, haalt de partij in de meeste Oostduitse deelstaten meer dan 20 procent en telt ze in het Duitse parlement 36 afgevaardigden. Vandaar dat Vrede volgende bijdrage van een lid van de PDS publiceert.

De Duitse parlementsverkiezingen van 27 september 1998 waren uniek, omdat voor het eerst een regeringswissel werd doorgevoerd middels een kiezersquo-tum en niet door een gewone coalitiewissel.

De door de SPD geleide rood-groene regering ziet zich nu geconfronteerd met een tweeledige oppositie, namelijk enerzijds van het kamp van de conservatieven en anderzijds van de linkse PDS. Deze verandering schept voor ons als linkse organisatie kansen, maar tegelijk ook uitdagingen omdat meer dan 2,5 miljoen kiezers hun vertrouwen hebben gegeven aan de parlementsfractie van de PDS met zijn 36 zetels. Tot nu toe kon de PDS enkel als groep optreden en was daardoor in ongunstige omstandigheden in de Bondsdag vertegenwoordigd.1

Naast de nieuwe status van fractie beschikt de PDS voor het eerst over een vice-voorzitster in de Bondsdag en een voorzitter van de ‘petitiecommissie’. Op deelstaatniveau, in Mecklenburg-Vor-pommern, draagt de PDS sedert 1998 regeringsverantwoordelijkheid. In Berlijn levert de PDS in 4 oostelijke districten sinds 1995 de burgemeesters en een aantal schepenen.

Dit en veel meer wijst er op, dat de voorwaarden tot medewerking voor links sedert de herfst van 1998 aantoonbaar gewijzigd zijn. De Maatschappelijke verstarring in de nieuwe Bondsrepubliek Duitsland (BRD) onder de Christelijke-liberale regering van Bondskanselier Kohl is doorbroken, ook al kwam alles nagenoeg gewoon tot stilstand. De ongeremde sociale af-

braak ging gewoon massaal en ononderbroken verder. Men spreekt nu enerzijds over toegenomen erkenning en anderzijds over toegenomen verantwoordelijkheid in de nieuwe Bondsrepubliek, bijna 10 jaar na de staatsgewijze samenvoeging van twee Duitse staten met maatschappelijk diametraal tegenovergestelde ontwikkelingen, na een periode van 40 jaar. Daarbij is de Partij van Democratische Socialisten (PDS) nagenoeg de enige maatschappelijke kracht, die nog voor een democratisch socialisme strijdt.

De rood-groene regering kan op onze steun rekenen, wanneer het de bedoeling is om de sociale rechtvaardigheid in oost en west te verhogen, om verder te ontwapenen en de buitenlandse politiek weer tot vredespolitiek zonder militaire dominantie om te vormen.

Bedoelingen zoals:

  • verdere loonuitkeringen in geval van ziekte
  • bescherming tegen ontslagen in KMO’s
  • geen daling van het pensioenniveau
  • 100.000 opleidings- arbeidsplaatsen voor jongeren
  • verhoging van het kindergeld
  • Nieuw bondgenootschap voor arbeid en daarmee een reductie van de werkloosheid
  • bestrijden van het valse beeld van een ‘slanke staat’ verbonden met een rigide afbouw van personeel zullen steeds op onze steun kunnen rekenen, omdat enkel via deze weg sociale rechtvaardigheid mogelijk wordt en de ontstane scheefgroei kan worden weggewerkt.

De verkiezingen in 7 deelstaten, waaronder Berlijn, Brandenburg, Thüringen en Sachsen, alsook gemeenteraadsverkiezingen in onder meer Berlijn, Sachsen-Anhalt, Thüringen, Mecklen-burg-Vorpommern en Sachsen zullen het politieke landschap in de nieuwe BRD verder veranderen. Voor ons, als socialistische partij links van de SPD, staan nog verdere uitdagingen te wachten.

Het is elk geval onze bedoeling om op alle niveaus de noodzakelijke politieke hervormingen door te drukken, in het belang van het welzijn van de burgers.

Aansluitend bij Friederich Engels die ooit eens zei: “De familie is de kleinste cel van de maatschappij”, wil ik hierop parafraseren: de gemeentepolitiek is één van de stabielste cellen van de PDS. In duizenden gemeenten van dit nieuwe Duitsland, geven lokale politici gestalte aan een materieel concrete en voor vele burgers direct waarneembare politiek, door de volledige speelruimte te gebruiken ook al zijn de financiële middelen zeer beperkt. Dit gebeurt op basis van gemeentelijke politieke basisregels en programma’s zoals die bij ons voor de deelstaat- en gemeentelijke verkiezingen op 10 oktober 1999 in Berlijn voorbereid worden.

Het doel van deze verkiezingen, o.a. bij ons in het Oost-Berlijnse district Lichtenberg gemeten aan de kiesresul-taten van oktober 1995, kan er alleen maar uit bestaan om terug de sterkste fractie te worden. Daarvoor wil ik mij, zoals velen van mijn vrienden, met alle macht inzetten.

Daarbij gaan we er ook van uit, dat wij ons verder in het bijzonder voor de zwakken in onze samenleving inzetten. In hun dagdagelijkse strijd voor overleven kunnen zij rekenen op de hulp en ondersteuning van ons ais democratische socialisten.

G. Neubauer

lid van de PDS-fractie in de districtsraad Lichtenberg/Berlijn

(1) Bij de vorige verkiezingen geraakte de PDS met 4,4 procent, niet over de kiesdrempel van 5 procent. De PDS haalde evenwel zonder problemen het quorum in 3 deelstaten, waardoor volgens de Duitse kieswetgeving de partij toch in het parlement kon vertegenwoordigd worden. Het verschil evenwel is, dat in dit laatste geval de PDS geen echte fractie vormt. Via de onrechtstreekse verkiezing kan een partij deelnemen aan de plenaire vergaderingen in het parlement, maar kan ze bijvoorbeeld niet deelnemen aan commissievergaderingen, noch heeft ze recht op het ondervoorzitterschap. Nu, met een score van 5,2 procent, dus over de kiesdrempel, is dit wel het geval. De PDS kan daardoor effectief optreden als fractie.

(LDB)