In Groot-Brittannië is armoede troef

Het nieuws komt uit een onverdachte bron. Uit een nieuwe studie van de befaamde London School of Economics (LSG) blijkt dat één derde van de Britse kinderen in armoede leeft. Drie maal meer dan twintig jaar geleden! Met uitzondering van Nieuw-Zeeland waar o.m. onder leiding van de toenmalige sociaal democratische premier, Mickey Moorde (huidig directeur van de Wereldhandelsorganisatie) drastische privatiseringen werden doorgevoerd, is het Verenigd Koninkrijk in de geïndustrialiseerde wereld het land waar de ongelijkheid sinds het midden van de jaren zeventig het meest toenam.

Tien procent van de rijkste Britten bezit bijna de helft van ’s lands rijkdom terwijl de armen volledig aan de kant gelaten worden. Het reële inkomen van de Britten steeg tussen 1979 en 1994 gemiddeld met veertig procent. Maar… terwijl dit van de tien procent rijksten

toenam met 65 procent daalde daarentegen dat van de tien armsten met 13 procent. Naast deze vaststelling wijst het studiecentrum Joseph Rowntree Foundation er eveneens op dat een Brits gezin (twee volwassenen en twee kinderen) dat van uitkeringen moet leven wekelijks 36 pond (ruim 2000 fr.) te kort komt. Actiegroepen wijzen er op dat in het Groot-Brittannië van de jaren negentig honger, ondervoeding, ziekte, slechte scholing en werkloosheid geen uitzondering zijn. Op de 58,6 miljoen inwoners wordt in officiële gegevens toegegeven dat er vorig jaar 400.000 daklozen waren.

De drukkingsgroep “Church Action Poverty” organiseert een mars dwars door Groot-Brittannië om op 17 oktober, de dag tegen de armoede van de Verenigde Naties, Londen te bereiken om hun eisen voor te leggen aan de socialistische   minister   van   financiën

Gordon Brown. Deze beweerde reeds dat tegen volgend jaar de levenstan-daard een miljoen kinderen aanzienlijk zal verbeteren.

Hij blijft echter bij het standpunt, zoals Clinton dit voor zijn verkiezing eveneens onderstreepte, dat niet hogere uitkeringen maar wel zelfhulp het enige alternatief is omdat hij de werkloosheid als de voornaamste oorzaak van armoede ziet. Men zou met dit princiep kunnen instemmen maar men mag evenmin niet vergeten dat er eerst werk moet ter beschikking zijn. En in Groot-Brittannië met zijn meer dan 3 miljoen werklozen is dit zeker niet het geval.

Slechts in één vijfde van de Britse gezinnen beschikt een volwassene over een baan, een derde meer dan in andere westerse landen. Van de alleenstaande moeders werkt slechts veertig procent waar dit in de rest van Europa 80 procent is.

Bron: “De Standaard” 16/8/99