Verkiezingen

Iran – lokale verkiezingen – 3/3/99

In Iran behaalden de progressieve krachten bij de lokale verkiezingen een indrukwekkende overwinning. Dit succes steunt de hervormingsgezinde president Khatami in zijn strijd tegen de sterk conservatieve clerus en hun leider Ayatollah. Het is tevens een duidelijke oproep van de bevolking voor economische, sociale en politieke veranderingen. In alle grote steden hebben de hervormingsgezinden gewonnen. Op bepaalde plaatsen was de overwinning zo groot dat geen enkele conservatieve kandidaat verkozen werd, dit was zo in de hoofdstad Teheran ooit de bakermat van de Iraanse revolutie.

De verkiezingen betekenen ook een grote overwinning voor de vrouwen die ondanks hun geringe vertegenwoordiging qua verkiezingskandidaten toch veel verkozenen tellen. In vier steden veroverden ze zelfs alle zetels. Dit bevestigt dat de vrouwen een hervormingsgezinde factor van betekenis zijn die hun politieke rechten opeisen. Hoewel de geestelijken nog altijd het leger, de geheime dienst, de justitie, de administratie en een groot deel van de pers controleert wijzen de opeenvolgende overwinningen op een mentaliteitswijziging die langzaam maar zeker de macht van de clerus aantast.

Deze verkiezingen worden tevens beschouwd als een voorbereiding op de belangrijke parlementsverkiezingen van volgend jaar. Sommige analisten voorspellen dat de conservatieven hun controle over het parlement zullen verliezen wat Khatami’s macht aanzienlijk zou versterken. Hierdoor kan hij fiscale en politieke bevoegdheden i.v.m. scholing, huisvesting en wegenwerken doorsluizen naar de lokale raden. Wat het gezag en de economische macht van de clerus nog verder zal ondermijnen.

Algerije – Presidentsverkiezingen -16/4/99

De Algerijnse verkiezingen zijn uitgemond in een overwinning voor Bouteflika die als enige kandidaat overbleef. De overige zes kandidaten hadden zich reeds woensdag uit de verkiezingsstrijd teruggetrokken. Ze beschuldigden de huidige president Zéroual en het leger van grootscheepse fraude ten voordele van Bouteflika. Militairen, politieagenten en douanebeamten konden reeds maandag in speciale bureaus gaan stemmen waar men vermoedde dat er massaal fraude gepleegd werd.

Boutiflika profileerde zich als de kandidaat van de partijen van de huidige regeringscoalitie d.i. de RND, de voormalige eenheidspartij FLN en de gematigd Islamitische partij MSP.

Boutiflika kreeg 73.79 % van het aantal stemmen achter zich bij een opkomst van 60.25 %. Hierdoor zal de verwachte tweede verkiezingsronde niet doorgaan. Maar de zes uitgetreden presidentskandidaten erkenden de wettigheid van de verkiezingen en de uitkomst niet en riepen hun aanhangers op om vreedzame demonstraties te organiseren. Deze ontaardden echter in regelrechte confrontaties met de ordediensten. Er wordt gevreesd dat de burgeroorlog die, reeds 70.000 doden eiste, weer in alle hevigheid zal losbarsten.

Nigeria 27/02/1999

De presidentsverkiezingen van 27 februari in Nigeria moesten de overgang inluiden van een militaire dictatuur naar een burgerlijk democratisch regime. Olusegun Obasanjo, een generaal, die het land leidde tussen 1976 en 1979, won de verkiezingen met 62,8% tegen 37,2% voor de andere kandidaat, Olu Falae.

In de wereldpers werd deze verkiezing omschreven als een belangrijke stap naar het instellen van een democratisch regime in Nigeria. Nigeria is echter nog steeds geen democratie en de toekomst is heel onzeker. Onder het oog van buitenlandse observatoren is enorme kiesfraude toch kunnen doorgaan. Volgens de gepubliceerde cijfers zou er bijvoorbeeld in de staat Bayelsa 122% deelname aan de verkiezingen zijn geweest. In één regio in Abuja werden 46 individuele kiezers genoteerd die naar het lokale kiesbureau kwamen. Het gepubliceerde resultaat van deze verkiezingen was 1.371 stemmen voor Obasanjo en 65 voor Falae.

De enorme olie-inkomsten hebben de basis gelegd voor een verspreide corruptie. Sinds het begin van de jaren ’70 hebben Nigeriaanse leiders persoonlijke fortuinen van in totaal 217 miljard dollar verzameld op buitenlandse rekeningen.

Obasanjo heeft 30 miljoen dollar gespendeerd enkel en alleen om de nominatie te verkrijgen van de People’s Democratie Party voor de verkiezingen. Niemand heeft zich de vraag gesteld waar een gepensioneerde generaal, die beweerde dat z’n boerderij failliet was, dit bedrag gevonden heeft. De Lagos Guardian schreeft dat Obasanjo’s partij 45 miljoen dollar heeft gespendeerd in de 10 dagen dat het toegestaan was om campagne te voeren. Het jaarlijks inkomen voor Nigeria’s bevolking van ongeveer 120 miljoen mensen is gedaald van 1.000 dollar per persoon begin de jaren ’80 tot 230 dollar. Officieel leeft zestig procent van de bevolking in armoede. Inflatie bedraagt 16% en men verwacht een stijging tot 20% voor het einde van het jaar. De elektriciteitsvoorziening is dikwijls niet aanwezig. Zelfs op de officiële opening van het wereldkampioenschap voetbal voor de jeugd werd de speech van generaal Abubakar onderbroken door stroompannes. Terwijl generatoren ervoor zorgden dat TV-beelden van de wedstrijden via satelliet naar de rest van de wereld konden vertrekken, waren de meeste Nigerianen niet in staat om de wedstrijden te zien wegens gebrek aan elektriciteit. In deze situatie heeft de elektriciteitsmaatschappij, NEPA, in februari aangekondigd om de prijzen met 100% te verhogen.

Finland 21/03/1999

Tijdens de parlementsverkiezingen in Finland heeft de vijfpartijencoalitie stand gehouden. De sociaal-democratische SDP van premier Lipponen verloor weliswaar fors terrein, maar blijft de grootste fractie in het parlement. De zittende ‘regenboogcoalitie’ van SDP, Conservatieven, Groenen, de Linkse Alliantie en de Zweedse Volkspartij houdt haar meerderheid in het parlement met 139 zetels van de 200 tegen 145 zetels in 1995. De SPD verloor 5,4 %, vergeleken met 1995, en komt uit op 22.9%. De conservatieven wonnen 3,1% en stegen naar 21%. De beloftes van de regering om de werkloosheid drastisch te verlagen zijn niet echter niet gerealiseerd. Dit verklaart voor een groot deel het verlies van de sociaal-democratie. De werkloosheid bedroeg in 1998 nog altijd 11,4% De opkomst voor de verkiezingen lag ook beduidend lager dan in 1995. Toen kwam 71,8% van de bevolking stemmen, nu was dit slechts 65,2%, een historisch diepte-record.

El Salvador 7/03/1999

Francisco Flores, de extreem-rechtse kandidaat van de conservatieve Arena-partij, heeft bij de presidentsverkiezingen in El Salvador reeds tijdens de eerste ronde 52% van de stemmen gehaald. Het waren de tweede verkiezingen sinds het einde van de burgeroorlog. De Arena-partij is sedert 1989 aan de macht. Flores wordt de opvolger van zijn partijgenoot Armando Calderon. 1998 was een zwart jaar voor El Salvador. Vooral de orkaan Mitch richtte eind oktober zware schade aan. Een groot deel van de koffie-oogst werd vernietigd, nadat de opbrengsten uit de koffie-export al met 31 % gedaald was wegens de lage koffieprijzen op de internationale markt.

Het FMLN behaalde slechts 29% van de stemmen. In 1997 was de spanning nochtans groot toen het FMLN 34,3% behaalde in de parlementsverkiezingen en Arena 35,4%. Het FMLN is echter sedertdien naar rechts opgeschoven. Ze bepleitte de vrijemarktoplossing voor de economische problemen in het land en toonde zich een voorstander van nauwere samenwerking met de privé-sector. Het gebrek aan een alternatief werd ook duidelijk in de opkomst. Slechts 40% van de 2,2 miljoen stemgerechtigde Salvadoranen daagde op. Dit is vast en zeker het resultaat dat alle zeven de kandidaten geen concreet economisch en politiek programma naar voor schoven. Ondertussen blijft de armoede en de criminaliteit oplopen.

Estland 7/03/1999

De derde parlementsverkiezingen in Estland sedert de onafhankelijkheid in 1991 zullen leiden tot coalitie van drie centrumrechtse partijen. Samen haalden ze 53 van de 101 zetels binnen. De alliantie bestaat uit de Hervormingspartij (15,9% en 18 zetels), de Unie voor het Vaderland (16% en 18 zetels) en de Gematigden (15,2% en 17 zetels). De grootste partij is de linkse Centrumpartij van oud-premier Savisaar die 23,4% van de stemmen en 28 zetels behaalde. De coalitiepartij van de zittende conservatieve premier Siiman kreeg slechts 7% tegen ruim 30 procent in 1995. Het is mogelijk dat de coalitiepartij zal toetreden tot de coalitie om de krappe meerderheid te verstevigen. Estland wordt de laatste jaren gekenmerkt door een neoliberaal beleid dat de onderhandelingen over toetreding tot de Europese Unie moest bewerkstelligen. De huidige partijen hebben duidelijk gemaakt de huidige politiek te willen verderzetten, met enkele kleine nuances tussen de verschillende partijen. Dit bemoeilijkt natuurlijk de keuze voor de kiezer en resulteerde in een heel lage opkomst van slechts 55,8% van de stemgerechtigden. In 1995 lag de opkomst nog op 68%.

uitslagen en commentaar:

Bart Vandersteene en Luke Vanderbeke