Ongebonden landen tegen kernwapens

Atoomontwapening was een van de belangrijke onderwerpen die op de top van de Ongebonden landen in het Zuid-Afrikaanse Durban op 2 en 3 september werden bediscussieerd. Wat daar werd beslist komt zeer sterk overeen met wat wij in de wereldwijde coalitie “Abolition 2000” willen realiseren. (zie Vrede nrs 330 en 331)

Deze bijeenkomst van de Ongebonden landen meldde in haar slotresolutie dat een nieuw initiatief werd afgesproken, op voorstel van India, om in 1999 een internationale conferentie bijeen te roepen, die vóór het einde van deze eeuw een overeenkomst moet bereiken voor de totale eliminatie van alle atoomwapens.

Ontwapening en internationale veiligheid:

De staats- en regeringsleiders herhalen dat met het einde van de koude oorlog, het behoud van nucleaire arsenalen niet langer kan worden gerechtvaardigd. Dit geldt eveneens voor concepten van internationale veiligheid die zich baseren op het promoten en ontwikkelen van militaire allianties en een beleid van nucleaire afschrikking. Ze verheugen zich over de verschillende internationale initiatieven die benadrukken dat nu de koude oorlog voorbij is, zich de kans aanbiedt voor de internationale gemeenschap om van nucleaire ontwapening haar hoogste prioriteit te maken. Ze onderstreepten dat de huidige situatie waarbij de atoomwapenstaten verder blijven staven dat nucleaire wapens unieke veiligheidsvoordelen opleveren – en het bezit ervan monopoliseren – absoluut discriminatoir is, onstabiel en niet langer kan worden volgehouden. Deze wapens vormen nog altijd een bedreiging voor de mensheid.

De aanwezige leiders herhalen hun principiële houding voor atoomontwapening en voor de non-proliferatie en de atoomproefnemingen. Ze uiten hun bezorgdheid over de traagheid in de vooruitgang naar atoomontwapening, die voor hen bovenaan de lijst van ont-wapeningspolitiek staat. De situatie wordt nog complexer door de proefnemingen in Zuid-Azië, wat de nood voor totale nucleaire ontwapening nog dringender maakt.

Ze verwezen naar de oproep van hun Cartagena-top voor een actieprogramma ter eliminering van atoomwapens binnen een strikt tijdskader. Opnieuw riepen ze de internationale gemeenschap op hen te vervoegen in de onderhandeling en uitvoering van universele, non-discriminatoire ontwapeningsmaatregelen en onderling overeengekomen vertrouwenwekkende maatregelen.

De ongebonden landen roepen op om in 1999 een internationale conferentie te organiseren om een akkoord te bereiken voor het einde van deze eeuw, over een gefaseerd programma voor de totale eliminatie van alle atoomwapens, binnen een strikt tijdskader. Er moet ook worden afgesproken dat de ontwikkeling van atoomwapens verboden wordt, alsook productie, verwerving, testen, opslaan en overdragen van atoomwapens, het gebruik en het dreigen met gebruik ervan.

De leiders herhalen hun oproep opdat de Ontwapeningsconferentie (van de VN in Genève, red.) de hoogste prioriteit zou geven om een ad hoc comité te installeren dat in 1998 van start gaat met onderhandelingen over dergelijk gefaseerd programma voor de complete eliminatie van atoomwapens met een specifiek tijdskader, met inbegrip van een Conventie over Nucleaire Wapens. De Ontwapeningsconferentie zal alle relevante standpunten en voorstellen hieromtrent in acht nemen. Ze benadrukten nogmaals de noodzaak om een universele en wettelijk bindende multilaterale overeenkomst af te sluiten waardoor alle staten verplicht worden tot totale nucleaire ontwapening over te gaan. In deze context betreurden ze dat sommige atoomwapenstaten onbuigzame standpunten hebben ingenomen die de Ontwapeningsconferentie beletten om dergelijke onderhandelingen op te starten.

De staats- en regeringsleiders uiten hun bezorgdheid dat de atoomwapenstaten niet in staat blijken een overtuigd engagement aan te gaan in verband met een totale nucleaire ontwapening, en in verband met universele, onvoorwaardelijke en wettelijk bindende negatieve veiligheidsgaranties te geven aan alle niet-atoomwapenstaten.