Manipulatie

Verkiezingen    25

Sommigen beweren dat verkiezingen synoniem zijn van democratie. De Franse president doet hier vragen over rijzen door de wettelijke spelregels te wijzigen voor de volgende verkiezingen.

De parlementaire verkiezingen die normaal in maart 1998 moeten plaats vinden, zijn nu door de ontbinding van de kamer plots vervroegd naar 25 mei en 1 juni 1997. President Chirac, die in zijn campagne voor het presidentschap, beloofd had een einde te stellen aan de sociale breuk tussen de Fransen, heeft nooit woord gehouden. De toestand voor de gewone mensen is er alleen slechter op geworden. De werkloosheid is alleen toegenomen en heeft de 3 miljoen in grote mate overschreden. De gedane belofte om een referendum te houden over de invoering van de ‘euro’heeft hij eveneens ingeslikt. En dan zijn er de financiële en corruptiesschandalen die steeds meer de R.P.R. van Chirac en Juppé bedreigen, en waarschijnlijk voor de verkiezingen van maart ’98 zouden uitgebarsten zijn. Dit alles is koren op de molen van het extreem-rechtse F.N. van J.M. Le Pen. Deze verschillende problemen hebben het regime van president Chirac en zijn imago ondermijnd. In de opiniepeilingen schommelt hij tussen de 30 en 35 procent, en premier Juppé tussen de 20 en 25%. Vandaar de beslissing van Chirac om de verkiezingen met 10 maand te vervroegen. Meteen wil hij ook de vrije hand hebben om, na een overwinning, de Franse bevolking de offers op te leggen die voor Frankrijk onontbeerlijk zijn om het budgetdeficit onder de 3% van het BNP te krijgen. Deze norm was, zoals bekend, in Maastricht afgesproken om tot de eenheidsmunt te mogen toetreden. Het beloofde referendum over de ‘euro’ zal er dan niet komen. De vraag is nu of het Franse volk zich door deze manipulatie zal laten beïnvloeden of dat het alternatief van verenigd links hen voldoende zal aanspreken om een andere weg op te gaan.

El Salvador – Parlement – Gemeenten –16/03/97

Het Opperste Gerechtshof heeft de uitslagen bekend gemaakt van de nationale en lokale verkiezingen die op 16 maart doorgingen.

De Republikeinse Nationalistische Alliantie (Arena-rechts) behaalde 28 zetels (een verlies van 11) op de 84 te verdelen zetels. Het Front Farabundu Marti voor de Nationale Bevrijding (FMLN) 27 zetels. De Partij voor de Nationale Bemiddeling (PCN-rechts) bekwam met 11 verkozenen de derde plaats en de Christen-Democraten kregen 10 zetels. Deze resultaten betekenen voor de regeringspartij Arena een zware nederlaag en een succes voor het FMLN. De vroegere guerrilla bekwam zijn beste resultaten echter in de gemeenteraadsverkiezingen. Arena behaalde wel de meerderheid in 161 van de 262 gemeenten maar het FMLN kreeg de meerderheid in de veertien regionale hoofdsteden en in ’s lands hoofdstad San Salvador. Het is de eerste maal dat in Latijns-Amerika een oppositiepartij, samengesteld uit de gewezen militaire bevrijdingsbeweging (het vredesakkoord werd in januari 1992 getekend) er in slaagt om zich om te vormen tot een militaire kracht van deze omvang.

Haïti – Parlement – 6/4/97

Vier miljoen kiezers werden opgeroepen om aan de verkiezingen voor 29 senatoren en twee volksvertegenwoordigers – zetels die waren vrij gekomen – en de zevenhonderd lokale besturen deel te nemen. De meerderheid van de traditionele partijen had opgeroepen deze verkiezingen te boycotten. In tegenstelling tot de politieke organisatie Lavalas (OPL) waarvan een deel de huidige regering steunt, veroordeelt een andere fractie de groep “De familie Lavalas”, een partij die recent door de ex-president Jean Bertrand Aristide werd opgericht, de “neoliberale politiek die door de vreemde fondsenwervers wordt opgedrongen”. Amper 10 % van de kiezers nam aan de stemming deel.

Verkiezingen: informatie en commentaar André De Smet.

Bulgarije ■ Parlement -19/4/97

De Unie van Democratische Krachten (U.F.D., centrum rechts) en zijn bondgenoten verenigd in de Verenigde Democratische Krachten (F.D.U.) zullen met 137 zetels op de 240 over een absolute meerderheid beschikken. Het FDU behaalde 52% van de stemmen. De Bulgaarse Socialistische Partij behaalde van zijn kant 22% van de stemmen, en 58 zetels, tegenover 125 in het vroegere parlement.

Drie kleine formaties overschreden de drempel van de 4%, volgens de gedeeltelijke uitslagen. De Nationale Unie (monarchisten en Turkse minderheid) 7%; Europees Links (een afscheuring van de socialisten) 6% en het Business Blok van Bulgarije (populistische beweging) 5%. De opkomst bedroeg slechts 58,3%. Deze verkiezingen werden voortijdig gehouden nadat door de verenigde oppositie dagelijks betogingen, soms gewelddadige, werden gehouden, waarna het parlement ontbonden werd.

Kroatië, Slavonië 13 en 14/4/97

De gemeenteraadsverkiezingen die zoals door de V.N. voorzien in Oost-Slavonië moesten worden gehouden, verliepen danig chaotisch dat ze met een dag verlengd werden.

In de hoofdstad Vukovar behaalde de Onafhankelijke Democratische Servische Partij (SDSS) 46,99% van de stemmen. De partij van de Kroatische president Franjo Tudjman (HDZ) 40,32% en de onafhankelijken, door de V.S. omschreven als “niet-Serviërs”, 12,69%. Buiten Vukovar behaalde het HDZ meer dan 50% van de stemmen in 15 gemeenten. Het SDSS van zijn kant kreeg meer dan 50% in 11 gemeenten.

Aan de verkiezingen zouden 85% van de bevolking deelgenomen hebben. De verkiezingen in Oost-Slavonië vielen samen met lokale verkiezingen in gans Kroatië, en tevens met de verkiezing van het Hogerhuis van het parlement. De Kroatische Democratische Unie (HDZ) van president Tudjman heroverde de meerderheid in het Hogerhuis, in bijna alle 21 districten en in de meeste gemeenten. In de grote steden kon HDZ geen absolute meerderheid halen.