Verkiezingen

Op maat gesneden…

De regering van Suharto van Indonesië is met de financiële crisis in Oost-Aziëaan het wankelen. De aldaar gevoerde, en door de westerse wereld zo geprezen “vrije markteconomie” heeft slechts gediend om de kinderen, familie en vrienden van Suharto de vrije hand te geven en monsterfortuinen te verzamelen. Vandaag worden de bovengenoemden er zich van bewust dat, met het in het zadel houden van Suharto, de sociale onrust aanzienlijk gaat toenemen. Maar de dictator zit vast in het zadel. Hij heeft zich reeds kandidaat gesteld om op zijn zesenzeventigste jaar, aan een zevende ambstermijn te beginnen. Hiervoor moet hij op 10 maart verkozen worden door het parlement maar gezien drie vierden van deze vergadering uit “zijn” trawanten bestaat, maakt dit geen problemen. Slechts drie partijen mochten in juli 1997 aan de verkiezingen deelnemen. De “Golkar”, de partij van Suharto, het leger en de administratie behaalde er 70 % van de stemmen… Aan de 500 rechtstreeks verkozen afgevaardigden worden nog eens 500 leden toegevoegd. De helft hiervan wordt door Suharto zelf en de andere helft door het parlement verkozen. Er zijn dus geen problemen voor de dictator, de vriend van het westen, en de verdediger van de westerse democratie.

Kenia-President-21/12/’97

Door de nationale kiescommissie werd op 4/1 de uitslag bekend gemaakt van de presidents- en parlementsverkiezingen. Daniël Arap Moi (in de volksmond Moibutu genoemd) die sinds 1978 president is, werd voor de vijfde en laatste maal als president verkozen. Moi behaalde 40,1 % van de stemmen (3 % beter dan in 1992) en meer dan de vereiste 25 % in vijf provincies.

Zijn bijzonderste rivaal Mwai Kibaki, gewezen vice-presi-dent en kandidaat van de democratische partij, bekwam 31 % van de stemmen. De verdeeldheid van de oppositie die zich niet akkoord kon stellen op een gemeenschappelijk kandidaat (er waren zeven kandidaten) is nogmaals in het voordeel uitgevallen van Moi.

De kiescommissie krijgt van de oppositiekandidaten het verwijt toegelaten te hebben dat de kiesverrichtingen vervalst werden en eisen herverkiezingen. Ook de nationale raad van kerken wijst er op dat de verkiezingen in een sfeer van chaos en ondoeltreffendheid verlopen zijn.

De opkomst bedroeg 65 % met een hoogtepunt van 75 % in het kiesdistrict waaruit Moi afkomstig is. Voor het parlement waarvoor de verkiezingen dezelfde dag plaats hadden behaalde het KANU, de partij van Moi, 102 zetels tegen 98 voor de verenigde oppositie. Tien zetels blijven nog te verdelen maar het volstaat dat het KANU er hiervan 4 binnenhaalde om de absolute meerderheid te hebben. Voor het eerst in de geschiedenis van het land werd een vrouw, een muzelmaanse, verkozen.

Litouwen – President – 4/1/’98

Zeven kandidaten namen aan de eerste stemronde deel op 21/12. Paulauskus, kandidaat van de arbeiderspartij ging met 45,35 % van de stemmen zijn tegenstander Adamkus, die 27,9 % behaalde, vooraf. Men verwachtte zich dus aan een overwinning van Paulauskus in de tweede ronde. De vijf geëlimineerde kandidaten uit de eerste ronde riepen hun kiezers echter op voor Adamkus te stemmen. Deze bekwam 50,3 % van de stemmen tegen 49,7 % voor Paulauskus.

Adamkus, de nieuwe president verbleef de laatste veertig jaar in de Verenigde Staten en heeft de Amerikaanse nationaliteit. Als dusdanig was hij 25 jaar in dienst van het staats-agentschap voor de vrijwaring van de natuur in de omgeving van Chicago.

Hij verliet Litouwen in 1944 toen hij achttien jaar was, na als militant van een nationalistische organisatie te hebben deelgenomen in een Litouwse militaire eenheid, bewapend door de Wehrmacht, aan de strijd tegen het Rode Leger. Genietende van een dubbele nationaliteit kwam hij slechts drie maanden voor de verkiezingen terug naar zijn land, om aan de verkiezingen deel te nemen. Fundamenteel is er echter geen verschil tussen Adamkus en Paulauskus. Beide stellen zich op als verdedigers van de vrije markteconomie en de aansluiting bij de NAVO en de Europese Unie. De Litouwse president heeft buiten zijn inspraak in de buitenlandse betrekkingen een beperkte invloed op de binnenlandse politiek. 78,8 % van de 2,6 miljoen kiezers namen aan de stemming deel.

Cuba- Parlement -11/1/’98

Van de 7,8 miljoen kiezers, ouder dan 16 jaar, die opgeroepen waren deel te nemen aan de aanwijzing van 601 volksvertegenwoordigers en 1.192 provinciale afgevaardigden namen er, volgens de nationale kiescommissie, 97 % aan de verkiezingen deel. Vijf procent stemde blanco of ongeldig.

De 601 kandidaten werden verkozen. De kandidaten werden volgens de Cubaanse formule, vooraf verkozen in de massa-organisaties, vakbonden, vrouwenverenigingen, kleine landbouwersorganisaties, enz. Volgens de krant Gronma vertegenwoordigden 35 kandidaten het leger. Men streeft er naar dat de kandidaten uit alle lagen van de bevolking komen: jongeren, vrouwen, arbeiders, boeren, intellectuelen, zwarten, sportmiddens, enz. Er waren geen katholieken kandidaat wel protestanten. Fidel Castro had opgeroepen in blok voor alle kandidaten te stemmen maar hij wees er tevens op dat iedereen het recht heeft voor niemand te kiezen d.w.z. een of meerdere kandidaten te schrappen.

Deelnemen aan de verkiezing kan vanaf 16 jaar maar is niet verplicht.

Deze verkiezingen verlopen vanzelfsprekend niet volgens ons Europees of Amerikaans model met veel barnumrecla-me door de kandidaten. De propaganda is beperkt, voor iedereen gelijk en bestaat uit het bekend maken van de kandidaat in zijn kiesdistrict.

De nieuwe assemblee, verkozen voor vijf jaar, die dus uit 601 leden bestaat zal uit zijn midden een staatsraad kiezen bestaande uit 30 leden, die als taak heeft tussen de twee jaarlijks gehouden sessies de lopende zaken van het land te leiden.

Costa Rica – President -1/2/’98

De nationale verkiezingscommissie heeft bekend gemaakt dat Miguel Angel Rodriguez, de kandidaat van de Eenheidspartij van Christen-Democraten (PUSC) met 2,4 % de presidentsverkiezingen won voor José Miguel Covales van de socialistische beweging, de Nationale Partij van de Bevrijding. ( PLN)

Rodriguez behaalde 650.399 stemmen (46,8 %) en Corales 616.600 stemmen (44,4 %). De opkomst bedroeg 71 %.

Rodriguez is een industrieel, universiteitsprofessor, advocaat en gewezen minister. Hij was ook van 1966 tot 1970 directeur van de Centrale Bank en van 1990 tot 1993 voorzitter van het parlement.

In 1994 verloor hij de presidentsverkiezingen tegen de kandidaat van P.L.N., de sociaal-democraat José Mai Figueres.

Cyprus ■ President ■ 15/2/’98

De aftredende president Glafoos Clerides (70 jaar) werd in de tweede ronde herverkozen als president van. het Grieks gedeelte van de republiek Cyprus. Hij behaalde met 50,8 % van de stemmen een nipte overwinning tegenover 49,2 % voor zijn tegenstander de onafhankelijke kandidaat Georges lakovou, gewezen minister van buitenlandse zaken. Deze laatste die de steun genoot van de communistische part AKEL en de democratische partij stond vooruit na de eerste ronde. Voor de tweede ronde had de sociaal-democratische kandidaat, die niet meer in aanmerking kwam, zijn kiezers de vrije keuze gelaten.

Clerides moet nu de onderhandelingen verder zetten met zijn Turkse tegenstrever op het eiland, Denktash om tot een oplossing te komen van de Cypriotische communautaire crisis. Hij zal eveneens de besprekingen inzetten voor de aansluiting van Cyprus bij de Europese Unie. Besprekingen die op 30 maart te Londen van start gaan.

Informatie en commentaar: André De Smet